Pagina's

zaterdag 31 maart 2012

Late Bloei

Staan aan de Costa-Blanca de eerste amandelbomen al te bloeien in januari, pas in de 3de week van maart zag ik ze volop in bloei staan in de Campo de Cariñena in de Provincia de Zaragoza. In een streek waar voornamelijk wijnstokken zijn geplant staan langs de randen van de akkers, amandelbomen. 



Je kunt de amandelboom rustig omschrijven als een magische boom. Niet alleen staat een bloeiende amandelboom schitterend in het landschap maar ook worden zijn steenvruchten voor van alles en noch wat gebruikt. Gezouten amandelen bij de borrel, als marsepein of noga, als amandelspijs, als zoete amandelolie en bittere amandelolie. Of als amandelmelk, die licht verteerbaar is en kan dienen ter vervanging van koemelk. Niet voor niets wordt de amandelboom vermeld in de heilige geschriften, zoals bijvoorbeeld Joden, Christenen en Islamieten hebben. 


dinsdag 27 maart 2012

Zwarte Ibis (Plegadis falcinellus)


Het kan zijn dat ik me vergis en ik zou ook niet weten waar ik mijn mening zou kunnen staven, maar het lijkt wel of er in de Ebro-Delta steeds meer zwarte ibissen voorkomen. Kon je er enkele jaren geleden na veel speurwerk een paar vinden, nu fladderen ze je om de oren.


De Zwarte Ibis (Plegadis falcinellus) eet vrijwel alles wat hem voor de grote kromme snavel komt. Zoals insecten en hun larven, maar ook bloedzuigers, slakken en amfibieën. De Zwarte ibis houdt wel van natte voeten, maar het water moet niet al te diep zijn.


Ze houden beslist niet van een nat verenpak. Ondiepe moerasgebieden met veel waterplanten genieten dan ook de voorkeur. Als ze iets eetbaars uit de modderige bodem opdiepen dan gooien ze dat omhoog en vangen het met hun snavel op.


Ze zijn constant aan het foerageren en daardoor erg bewegelijk. Ook zijn ze vrij schuw en vliegen bij de minste verstoring onmiddellijk op. Vaak zijn Zwarte ibissen in het gezelschap van reigers of lepelaars. Zwarte ibis is eigenlijk een verkeerd gekozen naam, zo zijn ze eerder bruin dan zwart. Onder een bepaalde lichtval is het zelfs een bijzonder kleurrijke vogel met allerlei kleurschakeringen in zijn verenpak. 



vrijdag 23 maart 2012

EIA, een nare paardenziekte


Ik was nog niet zolang geleden in het franse 'Parc National des Cévennes'. Behalve dat het een prachtige streek is waar je nog authentieke dorpjes tegenkomt lopen er ook heel veel paarden. Op het landgoed 'Le domaine du Villaret' heeft het parc een kudde przewalski-paarden in het wild uitgezet om deze paarden in de natuur te kunnen observeren, met als doel om deze paarden te herintroduceren in Mongolië. Het przewalskipaard is een wilde ondersoort van paarden, die in 1967 voor het laatst in het wild gezien werd in dat land. Het was vermoedelijk het ras dat als rijdier werd gebruikt door de Mongoolse veroveraars als Dzjengis Khan.


Er worden paardrijdtochten door de Cevennen georganiseerd en het is zelfs mogelijk om - visa versa - een meerdaagse tocht van de Cevennen naar de Camargue te maken.


Ook zijn er in de Cevennen fokkerijen van volbloed Arabieren die wereldkampioenen hebben voortgebracht.


Onlangs is in het Zuid-Franse Vaucluse – niet ver van het 'Parc National des Cévennes' - de gevreesde paardenziekte equine infectious anemia (EIA) vastgesteld. Een virale ziekte die in de volksmond ook wel moeraskoorts of le sida du cheval (paarden-aids) wordt genoemd.


 Uit een onlangs verschenen rapport blijkt dat begin februari acht paarden op verdenking van besmetting werden onderzocht, vier van hen bleken daadwerkelijk drager van het virus. De vier besmette paarden zijn afgemaakt.


Equine infectieuze anemie is een virale paardenziekte die niet op de mens overdraagbaar is. Na een incubatieperiode van meestal één tot drie weken, maar soms ook drie maanden, kan de ziekte zowel acuut als chronisch verlopen. De acute versie gaat gepaard met koorts, zenuw-, hart- en bloedsymptomen (anemie).


De ziekte kent soms een dodelijk verloop, terwijl een groot aantal dieren nooit symptomen vertoont. Stress of andere ziekten kunnen de ziekte opnieuw activeren. De dieren worden voornamelijk via het bloed besmet, door insectenbeten of besmet materiaal (bijvoorbeeld naalden).


De dieren blijven levenslang besmet en vormen zo een besmettingsbron voor andere paarden. Er bestaat geen behandeling of vaccin. Besmette dieren moeten helaas worden afgemaakt om de verdere verspreiding van de ziekte te verkomen.

Voor landen waar EIA uitbreekt, geldt op grond van de Europese regelgeving een meldingsplicht en een vrijwaringsplicht naar andere landen. Nederland is officieel nog vrij van het virus.
Bron EIA informatie: Horses.nl 

woensdag 21 maart 2012

De klok is teruggezet


Het was 5 voor 12, 
de hele winter had het nauwelijks geregend in Spanje. De stuwmeren begonnen al aardig leeg te raken en ik besloot om een rondje te maken om te kijken hoe erg het met de droogte gesteld was.


En dat was niet mis, 
veel stuwmeren stonden op het niveau van wat ze normaal staan aan het eind van een lange hete zomer. Verloren schatten, zoals deze MG-B, kwamen weer boven water. Hopelijk niet de MG van Albert en Mara.


Watervogels, 
waaronder deze Purperkoet (Porphyrio madagascariensis), probeerden op gortdroge rivierbeddingen hun kostje bij elkaar te scharrelen. 


Maar zie, het wonder geschiede. 
Op de terugweg naar huis - met een camper onder het stof – begon het, bij het op 1.456  meter hoogte gelegen Puertomingalvo, zachtjes te sneeuwen. 

Afdalend 
in de richting van Valencia ging het over in regen en eenmaal thuis stortregende het en moest ik, door een verstopte afvoer, het terras leeg gaan staan te hozen.

Zo zie je dat in een etmaal de wereld er ineens heel anders uit kan zien. Er is in die 24 uur heel wat regen gevallen en de stuwmeren zijn weer een beetje voller. Maar het is natuurlijk lang niet genoeg, het is nu 10 voor 12.

dinsdag 6 maart 2012

Delta de l'Ebre


De in de middellandse zee gelegen delta van de Ebro (Delta de l'Ebre) is het grootste wetland van Catalonië. Na het Parque nacional de Doñana (Coto de Doñana) is het de belangrijkste waterhabitat in Spanje. De delta is van internationaal belang vanwege de omvangrijke flora en fauna en de vele vogels die hier langstrekken of overwinteren. 


De Ebro-delta beslaat 320 km², 75% is landbouwgrond (voornamelijk rijstteelt), circa 20% behoort tot het Parque Natural del Delta del Ebro (totaal 7.736 hectaren) en het overige is voor urbanisme. Er wonen ongeveer 50.000 mensen in de delta. Je vind er prachtige stille stranden, duinen, zout en zoetwater meren, heel veel riet, en een enkele plaats of dorpje.


De visvangst vervult een belangrijke rol - er zit veel paling - en er zijn mossel en oesterkwekerijen. Jagers kom je er helaas ook volop tegen en die schieten niet met een geluidsdemper maar met het tegenovergestelde. Tegen de morgen, als het nog donker is, hoor je de eerste loeiharde salvo’s al. Helaas is slechts een gedeelte van de delta beschermd natuurgebied en dan het (beschermd) nog tussen haakjes want het lijkt wel of het geluid van de schoten altijd uit dat beschermde gedeelte komt. De doelstelling van het Nationaal Park - wat is opgericht in 1983 – is dan ook om de natuurlijke waarden te harmoniseren met de activiteiten van de mens in het gebied.


Rond de 100 vogelsoorten nestelen in de Ebro delta en de lijst van bedreigde vogelsoorten die hier voorkomen is lang. Het meest imponerend zijn de vele reigerkolonies, de sterns (er zitten hier 6 soorten sterns) en de meeuwen (waaronder de Dunbekmeeuw en de Audouins meeuw). Maar vergeet ook de duizenden eenden, steltlopers en flamingo’s niet en er is een groeiende populatie van de Zwarte ibis. SEO&/BirdLife verricht hier goed werk en heeft een speciaal beschermingsprogramma in o.a. Riet Vell.


Maar een nieuw gevaar duikt op, verwacht wordt namelijk dat voor het eind van deze eeuw meer dan de helft van de delta verloren zal zijn gegaan. Ongeveer 47% van het grondoppervlak ligt slechts 50 centimeter boven de zeespiegel en diverse gecultiveerde gebieden liggen zelfs beneden de zeespiegel.


Staat dit huisje straks in het water?
Door de indamming van de bovenloop van de Ebro is de aanvoer van vers sediment gestaakt, terwijl de aanwezige bodem aan het inklinken is. Hierdoor wijkt de kustlijn met ongeveer 5 meter per jaar.


Een ander, meer urgent probleem is de verdroging. Door de steeds vaker uitblijvende regenval en de irrigatiewerken in het binnenland is het gevaar groot dat de Ebro straks te weinig zoet water aanvoert waardoor zelfs de rijstvelden gevaar lopen te verzilten. Behoorlijk gecompliceerd, te weinig grond, teveel en te weinig water.

Laten we daarom, voordat een groot gedeelte verdwenen is, nog maar even genieten van een mooie zonsondergang boven de delta.