Pagina's

woensdag 30 oktober 2013

Gele kwikstaarten

Ik sta met mijn campertje voor een uitholling overdwars in het boerenweggetje, normaal kom ik er - als ik voorzichtig manoeuvreer - wel doorheen. Alleen nu niet, de regen heeft van de uitholling een snel stromend riviertje gemaakt. Ik sta te dubben of ik het toch zal proberen maar herinner me dat ik al te vaak een boer heb moeten vragen om me er uit te trekken. Er zit niets anders op om het weggetje in zijn achteruit weer terug te gaan want draaien kan hier niet. Het weggetje is te smal en het land te nat, ik zal tot mijn assen wegzakken. Ik heb behoorlijk de pest in want ik heb een leuke route uitgestippeld om vogels te spotten en nu weet nu ik niet hoe die te volbrengen.


Dan zie ik opeens een gele flits op het paaltje links van het weggetje neerstrijken, een Iberische kwikstaart heeft plaats genomen en kijkt me nieuwsgierig aan. De Iberische kwikstaart (Motacilla flava iberiae) is een ondersoort van de Gele kwikstaart (Motacilla flava) en komt voor in Spanje, Portugal en Zuid-Frankrijk. Ze worden ongeveer 16 cm groot en zijn daarmee iets kleiner dan de Grote gele kwikstaart (Motacilla cinerea). De Iberische kwikstaart is niet de enige ondersoort er zijn ook nog de Noordse kwikstaart (Motacilla flava thunbergi) in Midden- en Noord-Scandinavië, de Engelse gele kwikstaart (Motacilla flava flavissima) in het Verenigd Koninkrijk, de Italiaanse kwikstaart (Motacilla flava cinerocapilla) in Italië en Albanië en de Kaspische of Balkankwikstaart (Motacilla flava feldegg) in Zuidoost-Europa. Deze ondersoorten worden door sommige ornithologen als aparte soort beschouwd, maar ze staan als ondersoorten op de IOC World Bird ListDeze website is het resultaat van een initiatief dat in 1990 werd genomen door het Internationaal Ornithologisch Congres om een gestandaardiseerde lijst te bieden van vogelnamen. Op de website verschijnen voortdurend updates als er nieuwe vogelsoorten beschreven zijn en/of de taxonomische inzichten zijn veranderd.


Gele kwikstaarten houden van kort gras met als het even kan grazende dieren. Ze geven verder de voorkeur aan natte plekken, vooral weilanden die af en toe blank staan. Maar ze broeden ook wel in graanvelden nabij water. Ze zijn tijdens de trek te zien in open terrein, van geploegde akkers tot zandduinen en golfbanen. In het voorjaar pauzeren ze in grazige velden op hoge berghellingen, wachtend op beter weer om de laatste hindernissen te nemen.

Gele kwikstaarten eten kleine insecten, die ze oppikken van de grond of uit ondiep water terwijl ze rustig doorlopen, of die ze grijpen met een snelle uitval of een kort sprintje. Ze kunnen ook in de lucht achtervolgen en ze met hun snavel pakken. Ze eten ook insecten en teken van de ruggen van dieren, vooral bij schapen.

Alle Europese Gele kwikstaarten trekken in de herfst naar het zuiden en brengen de winter door in Afrika, enkele blijven ’s winters in Spanje. 

zaterdag 26 oktober 2013

Soy de Jésus, hijo de Dios


Een jongen oefent met zijn skateboard op de parkeerplaats bij de voetbalclub van Teulada, op het elektriciteitshuisje is graffiti geschilderd. Op de muur bij de oude wachttoren is ook graffiti geschilderd, kennelijk van een religieus ventje want de tekst “Ik ben Jezus, zoon van God” verwacht je toch niet één, twee, drie van een opstandige puber.  


De wachttoren is een van de vele torens langs de Middellandse Zee kust van Spanje. De torens werden gebouwd om de kustplaatsen te beschermen tegen de aanvallen van Noord-Afrikaanse piraten. Ze communiceerden onderling en werden constant bemand door één of twee wachters die, in geval van nood, de streek waarschuwden zodat de bewoners zichzelf in veiligheid konden brengen.

woensdag 16 oktober 2013

Pasja of Jasiusvlinder


Vorige maand zag ik een grote vlinder in de tuin, die ik niet eerder had gezien. Zijn tekening en kleuren vond ik niet zo bijzonder en zijn vleugels waren al behoorlijk versleten. Ik weet nog dat de eerste keer dat ik een vlinder zag waarvan de kleuren begonnen te vervagen en de vleugels te rafelen indruk op me maakte, de tand des tijds zo duidelijk zichtbaar op een gracieuze kleurrijke vlinder. 

Van de week zat er weer een grote vlinder in de tuin en die had prachtige kleuren en ook zijn vleugels waren nog in perfecte staat. Nu heb ik verschillende boekjes over insecten en vlinders maar ik kan er nooit in vinden wat ik zoek. Ik moest dan ook een beroep doen op anderen om te weten te komen welke vlinder het was. Het blijkt te gaan om één en dezelfde vlinder namelijk de Jasiusvlinder, meer bekend onder zijn naam “Pasja”.
  

De Jasiusvlinder (Charaxes jasius) is een dagvlinder uit de familie Nymphalidae, de vossen, parelmoervlinders en weerschijnvlinders. Met een spanwijdte niet zelden groter dan 100 millimeter is het de grootste dagvlinder van Europa.

De Jasiusvlinder komt voor op droog kalkgrasland en steppe in het Middellandse Zeegebied. De vlinder vliegt in twee generaties per jaar van april tot en met oktober.

Waardplant van de rupsen is de aardbeiboom. De vlinders voeden zich met sappen uit rottend fruit.

Met zijn dubbele staarten en contrasterende kleuren lijkt de Jasiusvlinder wel wat op een Konings- of Koninginnenpage, maar hij is daar totaal niet aan verwant.  

zondag 13 oktober 2013

Voetbalclub “de Onbevlekte” verlaat voortijdig het veld


Afgelopen zondag in de namiddag, ik zit op een bankje voor de gemeentelijke begraafplaats van Teulada en overdenk dat er al heel wat mensen die ik heb gekend, hier achter de muur liggen. Ik laat ze in gedachten de revue passeren met hun aardig en eigenaardigheden, hun deugden en ondeugden als ik hoefgetrappel hoor en een meisje op een paard zie komen aanrijden. Ik moet gelijk denken aan de prachtige witte andalusische hengst met zijn lange golvende manen die ik ooit kocht van een bekende supermarkteigenaar uit Moraira en die op het kerkhof tegenover mij zijn laatste rustplaats heeft gevonden. Verongelukt in Oostenrijk met zijn veel jongere vriendin die het ongeluk – zwaargewond - ternauwernood overleefde. Toen kon je nog door Moraira en over het strand galopperen, nu is dat onmogelijk geworden met al die toeristen en het daardoor overvolle strand. Embrujado heette het paard, de behekste. Ik zit nog een tijdje te overpeinzen als er achter mijn rug een hels kabaal los breekt. Pal aan de overkant van de begraafplaats ligt het sportveld van Teulada, voor mij een beetje vreemde combinatie maar hier niet abnormaal. 



Je zult maar CF Inmaculada (onbevlekte) heten en het dan aan de stok krijgen met de tegenpartij. Toch gebeurde dat afgelopen zondag op het veld van de tegenstander Teulada-Moraira. 









Na het geschreeuw, geduw en getrek besluit de ruim 75 jarige club uit Jávea de benen te nemen. De schaarse toeschouwers in verbijstering achterlatend. Op het nabijgelegen kerkhof keert de rust weer. 

zondag 6 oktober 2013

Embalse de la Sotonera, de Omgeving

Embalse de la Sotonera, is een moerasachtig spaarbekken gelegen in de Aragonese comarca Hoya de Huesca. Het beslaat 1.840 hectaren en valt onder de haast 300 inwoners tellende gemeente Alcalá de Gurrea. Het wordt ook wel Pantano de la Sotonera genoemd. Zie hier voor meer informatie over het spaarbekken. 


Eind september zijn de geoogste akkers rond embalse de la Sotonera al kaal, binnen een paar weken zullen hier de eerste kraanvogels over de velden lopen om de gemorste graankorrels op te pikken. Embalse de la Sotonera is de eerste plek over de Pyreneeën waar de kraanvogels neerstrijken en van waaruit ze zich verspreiden over het Iberisch schiereiland, zoals naar de dichtbij gelegen Laguna de Gallocanta, Ciudad Real en Extremadura.


Als je via de Pyreneeën arriveert in dit gebied is dat een vreemde gewaarwording. Eerst die indrukwekkende besneeuwde bergen – die je op de achtergrond nog steeds ziet liggen – en dan deze met koren gevulde vlakte. 


Met vaak prachtige wolkenluchten en altijd wel een roofvogel, als een stip aan de horizon. Behalve als ik een foto wil maken dan is er niet één vogel in de lucht te bekennen, ook niet in mijn hand trouwens.


Wat je wel ziet zijn die eindeloze akkers met graan, tot voor kort met korenbloemen en klaprozen. Maar ook hier staat de tijd niet stil en heeft de firma Monsanto al een aardig cliënteel opgebouwd. Monsanto is de producent van de onkruidverdelger Roundup evenals een reeks gewassen die genetisch zijn gemodificeerd zodat ze resistent zijn voor Roundup. Uit een recente studie blijkt dat het gebruik van dit soort onkruidverdelgers gelinkt kan worden aan een reeks gezondheidsproblemen en ziektes. Milieuactivisten, consumentengroeperingen en plantenwetenschappers uit verschillende landen hebben al eerder gewaarschuwd dat het gebruik van dit herbicide problemen veroorzaakt voor planten, mensen en dieren.


Wat je ook ziet in het landschap zijn de grotendeels verlaten constructies, zoals het in onbruik geraakte stationsgebouw van een opgeheven spoorlijn (geheel links op de foto). Vreemd trouwens een dergelijk station midden op de vlakte. 


Niet ver van Montmesa ligt aan de Camino de Ardisa een waarnemingspost voor kraan- en andere vogels. Als je deze Camino de Ardisa volgt tot het einde kom je bij de Corral de Antonié, eveneens een goede plek om vogels te kijken. In het dorp Montmesa is een informatiecentrum over de vogels in de omgeving te vinden. 

Montmesa is het plaatsje die het dichts bij het Embalse de la Sotonera ligt en maakt deel uit van de gemeente Lupiñén-Ortilla. De afstand tot de provinciehoofdstad Huesca bedraagt 26 Km. De bevolkingsdichtheid in het gebied bedraagt 3,43 inwoners per vierkante kilometer. Nederland heeft 449,9 Inw./km² en Vlaanderen 470 inwoners per vierkante kilometer.



Het is hier dus heerlijk rustig en dat is ideaal voor vogels, vogelaars en de natuurliefhebbers onder ons.

dinsdag 1 oktober 2013

Rondje Marina-Alta, Wolkenluchten

Maandag wist ik het zeker, we zouden weersverandering krijgen. De strakblauwe lucht was verdwenen, dreigende wolken doken op en in de verte klonk gerommel. Vlug er op uit want je ziet hier maar zelden echte wolkenluchten dus daar moest ik van zien te profiteren. 


Op het binnendoor weggetje van Moraira naar Benitachell staat een huisje waarin een boertje zijn gereedschappen bewaard. Hij heeft er tegenwoordig ook altijd een pot witte verf staan want ieder keer zit zijn huisje onder de graffiti. Ik weet nog dat er jaren geleden een artikel in “De Telegraaf” stond van een mevrouw die een tabakszaak had in Amsterdam en naar Moraira was verhuisd en het daar zo leuk vond omdat je er nergens graffiti zag. Als ik hier nu ergens graffiti op de muur zie gekalkt moet ik altijd aan dat artikel denken want het was natuurlijk een onzin verhaal. Stilstand is niet altijd achteruitgang, we hebben het hier nu ook. In Amsterdam waren ze gewoon wat eerder met graffiti en de bijkomende verloedering, hoewel ik moet zeggen dat er soms ware meester-werkjes tussen zitten.


Tussen Jávea en Jesus Pobre ligt ook zo’n binnendoor weggetje. Leuk om te rijden want je hebt er prachtige vergezichten, maar o zo slecht voor je autolak. Aan berm maaien doen ze hier niet zoveel en sommige paden groeien dicht. Berm maaien is hier natuurlijk ook wat lastiger dan in Nederland of België vanwege de vele stenen in de berm, die bij het maaien soms met hoge snelheid weg stuiteren. De wijngaarden beginnen ondanks de hoge temperaturen toch al wat te verkleuren.  





In Pinos – Gemeente Benissa – begint het echt donker te worden, het zal wel gaan regenen. Maar als ik deze morgen de luiken opensla blijkt het stralend weer te zijn en wijst de temperatuur op het midden van de dag zelfs 31ºCelsius aan. Niets weersverandering, weer een warme dag en weg mooie wolkenluchten.