Nog een paar dagen en dan is 2010, en daarmee tegelijkertijd het jaar van de Bruine kiekendief (Circus aeruginosus), voorbij. SOVON Vogelonderzoek Nederland en de Vogelbescherming hebben, ondersteund door de Werkgroep Roofvogels in 2010 de Bruine kiekendief centraal gesteld. De bedoeling was om met de hulp van enthousiaste vrijwilligers meer over deze roofvogel te weten te komen. In 2011 is er in Nederland een soortgelijke actie met de Boerenzwaluw. In Spanje stond in 2010 de Monniksgier in het middelpunt.
De Bruine kiekendief is een actieve roofvogel, zit de Buizerd rustig op een paaltje te wachten totdat hij een prooi voorbij ziet komen. De Bruine kiekendief vliegt - vrijwel onafgebroken - de gehele dag onvermoeibaar over moerassen en rietvelden, maar ook boven akkers en weilanden, op zoek naar prooi. Met de voor kiekendieven kenmerkende houding: een golvende vliegbeweging, met de vleugels in een ondiepe V-vorm.
Kiekendieven hebben een actieve manier van jagen, waarbij ze laag boven de grond hun jachtgebied afzoeken op een kenmerkende manier, met veel draaien, schommelen, kort bidden en soms razendsnelle uitvallen. Ze kunnen zo jagen omdat kiekendieven een groot vleugeloppervlakte hebben ten opzichte van hun gewicht. De Bruine kiekendief hanteert een rustiger jachtvlucht dan de blauwe en de grauwe. Hij jaagt veel dichter bij het nest dan deze soorten en zoekt zijn jachtgebied ook grondiger af.
Bruine kiekendieven komen in de zomer in bijna geheel Europa voor, met uitzondering van Ierland, Scandinavië en het grootste deel van het Verenigd Koninkrijk. In een aantal landen van Europa zijn ze het hele jaar te vinden.
De Bruine kiekendief eet allerlei watervogels, zangvogels, muizen, mollen, jonge konijnen, eendenkuikens maar ook kikkers.
De kiekendief is bepaald niet monogaam. Elk jaar kiest het vrouwtje een nieuwe partner. Succesvolle mannetjes slagen er soms in om meerdere vrouwtjes erop na te houden. Voordat het mannetje geaccepteerd wordt moet hij eerst een test doorstaan: als hij niet snel genoeg een prooi kan aanreiken, wordt hij ingeruild voor een volgende kandidaat.
Kiekendieven nestelen op de grond en dat maakt ze nogal kwetsbaar voor rovers. Het vrouwtje bouwt een omvangrijk nest van riet en twijgen in rietvelden, op de grond of boven ondiep water. Een normaal legsel bestaat uit 4-5 eieren maar 8 eieren komt ook voor. Ze worden in door het vrouwtje in 31 tot 38 dagen uitgebroed. De jongen verlaten het nest na 35 tot 40 dagen en worden dan nog circa 3 weken gevoerd. De jongste sterven vaak door voedselgebrek en veel legsels vallen ten prooi aan hoog water of bijvoorbeeld vossen en loslopende honden.
De Bruine kiekendief is een harde werker die ik bijvoorbeeld nog nooit voor een makkelijk hapje op een vuilnisbelt heb gezien.