zaterdag 31 juli 2010

20 Gram Dynamiet

Zomer en winter gooi ik dagelijks wat voer voor de vogels. Bij mij in de tuin zijn de grootgebruikers de Turkse tortels, de Houtduiven en de Zomertortels gevolgd door de Europese kanaries en de Huismussen.




Als je dan een musje (Passer domesticus) ziet zitten, die zich het graan niet uit de mond laat stoten door de duiven en andere vogels, zie je pas de overlevingsdrang van zo’n diertje.
Nauwelijks 20 gram en nog niet helemaal in de veren is hij al hondsbrutaal en pikt het zaad weg voor de snavels van de veel grotere vogels. Ik raad iedereen aan om wat voer en schoon water aan de vogels te geven, je doet er de vogels maar ook jezelf een plezier mee.
Zomertortel (Streptopelia turtur)
Houtduif (Columba palumbus)
Turkse tortel (Streptopelia decaocto)

Voor de duidelijkheid heb ik van de drie duivensoorten die regelmatig mijn tuin bezoeken een portretje gemaakt.

Toen ik hier kwam wonen waren er nergens in de wijde omgeving duiven te bekennen. Het was een pijnboombos en er woonden nauwelijks mensen. Nu er de laatste jaren zoveel huizen bij zijn gekomen zijn veel pijnbomen verdwenen, is het landschap door de vele tuinen parkachtig geworden en gedijen de duiven prima. Alleen de Zomertortel heeft het heel moeilijk, daar kom ik nog op terug.

woensdag 28 juli 2010

Rookverbod

Als je al tientallen jaren in Spanje woont ga je automatisch Nederland wat idealiseren. Zo is er in Spanje een rookverbod waar je - gelukkig voor mij als fervent pijproker - weinig van merkt en waardoor je nog vrijwel overal een pijpje op kunt steken. Je denkt echter onbewust dat ze zich in Nederland wat meer aan de regels houden en je staat dan ook raar te kijken als je een Nederlands marineschip ziet waar ze gewoon staan te paffen.
Nu zie je een sticker op het schip met verboden te roken, en je denkt ze staan voor de sticker dus daar zullen ze wel mogen roken. Maar in de Nederlandse tabakswet die op 1 januari 2004 is ingegaan staat onder categorieën van organisaties waar een rookverbod geldt, marineschepen en vestigingen vermeld.
Omdat ik niet zeker weet of die mannen nu wel of niet in overtreding zijn en om hun privacy te beschermen, heb ik ze maar een balkje gegeven want ik ben geen opsporingsambtenaar en van mij mogen ze roken, dat doen de explosieven die ze afvuren trouwens ook. Wel vraag ik me af of ze hier – net zoals in de horeca - ook ter controle binnenvallen en aan wie delen ze in dit geval de boete uit, aan de Minister van Defensie?
Daar komt bij dat deze mannen, zo te zien, wel een rokertje hebben verdiend want ze zijn bekaf.
Onthoud, een tevreden roker is geen onruststoker en dat is wel een gerustellende gedachte bij een ministerie dat tot 1959 het Ministerie van Oorlog heette.

dinsdag 27 juli 2010

Warm

De warmste maand moet nog komen, toch komt de temperatuur in de omgeving van Sevilla al regelmatig boven de 40º Celsius. In het “Guinness book of records” valt te lezen dat de hoogste temperatuur die ooit in Spanje is gemeten 51º Celsius bedraagt. Deze temperatuur dateert van 30 juli 1876 en werd eveneens gemeten te Sevilla. De meting was weliswaar juist, de opstelling van de thermometerhut was dat echter niet. Deze waarde is dan ook door de Spaanse weerdienst verworpen. De hoogste gevalideerde waarde voor Spanje komt voor rekening van Murcía waar op 29 juli 1976, 47,8º Celsius werd geregistreerd.
De paarden langs de Guadalquivir in de buurt van Sevilla springen niet ter verkoeling het water in, maar zoeken schaduw onder een Eucalyptusboom.

Net zoals de schapen in Badajoz die verkoeling zoeken onder een Steeneik.




 
Maar deze hond, die ik tegenkwam in de Marjal, heeft het volgens mij toch het beste bekeken. Alleen jammer dat zijn baas hem steeds stenen liet opduiken zodat het arme dier vrijwel geen tand meer overheeft.

maandag 26 juli 2010

Westerschelde - Nummer Een - Vogelkijkhut

Vogelobservatiehut aan de Westerscheldekust ten oosten van Breskens. "De Westerscheldekust tussen Hoofdplaat en Nummer Een ligt direct langs zeer diep water met hoge stroomsnelheden. Er zijn dan ook in de loop der eeuwen veel dijkdoorbraken geweest. De aanwezigheid van een reeks inlagen ter plaatse moest het landverlies bij het optreden van calamiteiten verkleinen. Een moderner maatregel om de kwetsbare kustlijn te beveiligen vormde de aanleg van een soort brede voorberm voor de aanwezige zeedijk. Dit Voorland van Nummer Een was tot voor kort een egaal en eenvormig gebied, boven het bereik der getijden en daarom met zeer beperkte natuurwaarde. In 1994 is er een natuurontwikkelingsplan gerealiseerd, waarbij het geheel een aantrekkelijker inrichting heeft gekregen. Het voorland omvat nu onder meer een hollestelle, een gevarieerd schor en een vogeleiland. Het vogeleiland is aangelegd ten behoeve van pioniervogels zoals sterns en plevieren, maar het zal waarschijnlijk ook een functie krijgen voor overtijende steltlopers. De nabijgelegen Hooge Plaaten en de schorren voor de Paulinapolder behoren tot de rijkste buitendijkse vogelgebieden in het Deltagebied". (Bron: Provincie Zeeland)
Bovenstaand artikeltje had ik gelezen op internet. Ik popelde dan ook van verlangen om zodra ik in Nederland was er eens een kijkje te gaan nemen, in gedachten zag ik al honderden vogels die vlakbij zaten. Om een paar topfoto’s van die vogels te maken was slechts een kwestie van even op de ontspanknop drukken. Toen ik de - op een hoge dijk gelegen - hut eindelijk vond bleek het binnen een muffe bedoening en de vogelkijkhut was duidelijk niet alleen in gebruik om vogels te bekijken maar ook als ontmoetingsplaats voor de plaatselijke jeugd. Na de lege blikjes en andere rommel opzij te hebben geschoven kon ik het luikje openen wat zicht gaf op het vogeleilandje en inderdaad er zaten vogels zoals een foeragerende Kluut, dat beloofde wat.
Mijn vogelgeluk duurde echter niet lang want wandelaars konden eenvoudig op het vogeleiland komen en lieten daar hun hondjes uit.
Toen de wandelaars waren verdwenen en de vogels eindelijk weergekeerd bleek er nog een opstakel tussen mij en de vogels te zitten. Een grote ram kwam net voor het kijkgat staan.
Het was een prachtig dier - daar niet van - maar aangezien ik in de verte al weer nieuwe wandelaars aan zag komen, besloot ik om het maar voor gezien te houden. Struikelend over de blikjes verliet ik de hut, een illusie armer een ervaring rijker.
Alle vogelplekken van Nederland online

donderdag 22 juli 2010

Aalscholver

De Aalscholver (Phalacrocorax carbo), komt langs vrijwel alle kusten en rivieren van Europa voor. Het is een beschermde vogelsoort krachtens de Europese Vogelrichtlijn, de Bern-conventie, het AEWA-verdrag en de Nederlandse Flora- en faunawet.
De Aalscholver die ook wel scholver, scholverd of schollevaar wordt genoemd, is een 80 tot 100 centimeter grote vogel, met een spanwijde van 130 tot 160 centimeter en een gewicht van 2 tot 2,5 kilo.
Op verschillende plaatsen langs de kust en in het binnenland zijn kolonies te vinden in boomtoppen langs meren, reservoirs en afgravingen. Door de witte uitwerpselen van de aalscholvers sterft de vegetatie in de broedgebieden na verloop van tijd af, evenals de bomen waarin de nesten worden gemaakt. In de kolonie hangt een sterke vis en guanolucht.
Het legsel van de aalscholver bestaat uit 3 of 4 eieren. Ze worden 30 tot 31 dagen bebroed, na circa 50 dagen vliegen de jongen uit. Het volwassen verenkleed krijgen ze als ze twee jaar of ouder zijn, pas dan gaan ze voor het eerst op zoek naar een partner.
Zijn voedsel bestaat uit verschillende soorten vis, zowel in zoet als in zoet water. In meren en rivieren geven ze de voorkeur aan paling, maar ze zullen eigenlijk alles vangen wat beschikbaar en groot genoeg is.
De aalscholver wordt door beroepsvissers wel beschouwd als een van de oorzaken van de achteruitgang van de palingstand, maar ieder wetenschappelijk bewijs daarvoor ontbreekt. Hoe dan ook, de 'waterraaf' is verre van populair bij vissers.
De Aalscholver zit vaak met uitgespreide vleugels, over de reden hiervan zijn de ornithologen het niet eens. De één zegt dat de Aalscholver, in tegenstelling tot andere zwemmende en duikende vogels, geen beschermende en waterafstotende vetlaag op de veren heeft en dus na iedere zwemtocht moet drogen om weer te kunnen vliegen.
De ander zegt dat deze houding te maken heeft met het verteren van het voedsel.

Als Aalscholvers vliegen vormen ze een V-formatie. In heel koude winters zien we aan de Middellandse zee veel Aalscholvers uit Noordwest Europa, met name uit Nederland, België en Denemarken.

 In Afrika en Azië worden afgerichte aalscholvers gebruikt om voor de mens vis te vangen. Een ring rond de hals voorkomt dat ze de prooi zelf inslikken. 

zondag 18 juli 2010

Playa de Moraira

Het is weer hoogseizoen, iedere morgen wordt de vlag op de strandjes van Moraira gehesen. De groene vlag geeft aan dat baden en zwemmen toegelaten is, de gele vlag dat baden en zwemmen gevaarlijk is en de rode vlag dat baden en zwemmen verboden is.
Maar niet iedereen wil baden of zwemmen, sommige lopen met het onvermijdelijke telefoontje aan het oor om aan het thuisfront door te geven dat ze langs de vloedlijn lopen.
Een ander neemt plaats in zijn opklapbare fauteuil, terwijl weer een ander zijn crossfiets uitprobeert.
En sommigen doen niets liever dan het lezen van het laatste belangrijke nieuws uit hun thuisland.

zondag 11 juli 2010

Oui-stop

Parc National des Pyrénées,  Hautes-Pyrénées, France 

Reed ik vroeger altijd non-stop van de Costa-Blanca naar Nederland visa versa, tegenwoordig doe ik er dagen over. Waarom zou je onderweg langs al die prachtige landschappen en interessante plaatsen jakkeren?


Goed ik heb er lang over gedaan om daar achter te komen maar nu weet ik het dan toch. Je komt wel eens voor verassingen te staan want het is me al een paar keer overkomen dat er een pas in de Pyreneeën was afgesloten en je dan meer dan 100 kilometer moet omrijden. Maar daar staat tegenover dat je helemaal tolvrij en door de mooiste streken, naar Nederland kunt rijden. Dat je de befaamde knelpunten zoals Barcelona, Lyon en Parijs links kunt laten liggen en onderweg ook nog fijn kunt fotograferen. Want geloof me er is tijdens die ruim 2.000 kilometer lange reis, heel wat te zien.

Landschap in de Pyreneeën bij Sarrasquette, Pyrénées-Atlantiques, France

Landschap bij Bujaraloz, Zaragoza, España

Naderend onweer bij de rivier Adour die de grens vormt tussen de departementen Pyrénées-Atlantiques en Landes, France.


Landschap bij Los Agudos, Huesca, España


Las Peñas de Riglos, Huesca, España


Oud vakwerkhuisje in Billory, Champagne-Ardenne, France.


Op de grens van Nederland en België, Zeeuws-Vlaanderen, Nederland


Het kanaal met het plaatsje Ault, Somme, France


De Atlantische kust bij Portmain, La Loire-Atlantique, France


Een Carrelet aan de kust bij Fouras, Charente Maritime, France

dinsdag 6 juli 2010

Bijeneter - Holbewoners III

Een vogel die wel zijn eigen hol – tot 1,5 diep - graaft is de 's zomers in Spanje veel voorkomende Bijeneter(Merops apiaster).
De Bijeneter is herkenbaar aan zijn exotische kleuren. Hij leeft in groepsverband en broedt in kolonies in holen in wanden van oevers en bergen, soms ook in de grond. Vrijwel altijd in de directe nabijheid van plassen of rivieren. De Bijeneter legt 6 – 7 eieren die na 20 dagen uitkomen.
De Bijeneter of de Europese Bijeneter is een niet al te schuwe vogel van circa 27 centimeter en behoort tot de familie der Bijeneters. In de zomer komen ze in groepen over ons huis gevlogen en het speciale geluid dat ze maken hoort echt bij een lange warme Spaanse zomer.
Zijn naam is afkomstig van zijn voornaamste voedselbron en dat heeft helaas ook als resultaat dat hij door sommige lieden – zoals bijenhouders - wordt bejaagd, Alleen al op Cyprus worden jaarlijks 10.000 Europese Bijeneters afgeschoten. Verder eet hij ook wespen en andere insecten. De Bijeneter is immuun voor bijen en wespensteken. Om steken te voorkomen weet hij ze van hun angels te ontdoen door deze tegen een tak af te wrijven.
Ze komen weinig voor in Noordwest-Europa, de Bijeneter overwintert in zuidelijk Afrika. Maar door de voortgang van het broeikaseffect is de vogel thans vaker dan vroeger in de Benelux te zien. In Nederland leidde dat tot de wijziging van zijn status van dwaalgast tot incidentele broedvogel.

zaterdag 3 juli 2010

Het brein achter München

Zojuist op Teletekst het bericht dat het brein achter München - Mohammed Oudeh – is overleden. De beelden van toen staan nog op mijn netvlies gebrand, temeer daar bij de bevrijdingsactie fatale fouten werden gemaakt.
Het was zo’n - waar was u toen moment - ik weet nog heel goed waar ik was want ik heb toen een foto gemaakt van een krantenverkoper met de krant waar het bericht opstaat. Maar ook zonder foto zal ik het nooit vergeten.

Bootvluchtelingen

Op het strand van Tarifa kun je ze zien liggen, de wrakke schepen waarmee migranten uit Afrika in Spanje aan wal zijn gekomen.
De bergen aan de overkant liggen in het Noord-Afrikaanse Marokko, het lijkt zo dichtbij maar toch hebben vele de overtocht met hun leven moeten bekopen.
De Guardia-Civil patrouilleert met snelle schepen voor de kust. Ook de Nederlandse mijnenjagers Hr. Ms. Maassluis, Hr. Ms. Haarlem en Hr. Ms. Hellevoetsluis werden tot 1 juli op volle zee ingezet tussen Spanje, Marokko en Algerije. Zij richten zich op het detecteren, volgen en rapporteren van bootjes met illegale migranten. Er moeten er echter toch heel wat aan land zijn gekomen want als je bijvoorbeeld tijdens de olijvenpluk in de provincie Jaén gaat kijken zien sommige dorpscentra werkelijk zwart van de kleurlingen.
In de Portugese Algarve kwam ik ze tegen, lachend en fotograferend duidelijk een dagje uit. Geslaagde bootvluchtelingen of gewoon toeristen? Ik hoop het eerste.

Zondag 11 Juli  -  Trieste aanvulling op bovenstaand bericht
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...