Vorige maand zag ik een
grote vlinder in de tuin, die ik niet eerder had gezien. Zijn tekening en
kleuren vond ik niet zo bijzonder en zijn vleugels waren al behoorlijk
versleten. Ik weet nog dat de eerste
keer dat ik een vlinder zag waarvan de kleuren begonnen te vervagen en de
vleugels te rafelen indruk op me maakte, de tand des tijds zo duidelijk zichtbaar
op een gracieuze kleurrijke vlinder.
Van de week zat er weer een
grote vlinder in de tuin en die had prachtige kleuren en ook zijn vleugels
waren nog in perfecte staat. Nu heb ik verschillende boekjes over insecten en
vlinders maar ik kan er nooit in vinden wat ik zoek. Ik moest dan ook een
beroep doen op anderen om te weten te komen welke vlinder het was. Het blijkt
te gaan om één en dezelfde vlinder namelijk de Jasiusvlinder, meer bekend onder
zijn naam “Pasja”.
De Jasiusvlinder (Charaxes
jasius) is een dagvlinder uit de familie Nymphalidae, de vossen,
parelmoervlinders en weerschijnvlinders. Met een spanwijdte niet zelden groter
dan 100 millimeter is het de grootste dagvlinder van Europa.
De Jasiusvlinder komt voor
op droog kalkgrasland en steppe in het Middellandse Zeegebied. De vlinder
vliegt in twee generaties per jaar van april tot en met oktober.
Waardplant van de rupsen is
de aardbeiboom. De vlinders voeden zich met sappen uit rottend fruit.
Met zijn dubbele staarten en
contrasterende kleuren lijkt de Jasiusvlinder wel wat op een Konings- of Koninginnenpage,
maar hij is daar totaal niet aan verwant.