Posts tonen met het label Costa-Blanca. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Costa-Blanca. Alle posts tonen

zaterdag 26 oktober 2013

Soy de Jésus, hijo de Dios


Een jongen oefent met zijn skateboard op de parkeerplaats bij de voetbalclub van Teulada, op het elektriciteitshuisje is graffiti geschilderd. Op de muur bij de oude wachttoren is ook graffiti geschilderd, kennelijk van een religieus ventje want de tekst “Ik ben Jezus, zoon van God” verwacht je toch niet één, twee, drie van een opstandige puber.  


De wachttoren is een van de vele torens langs de Middellandse Zee kust van Spanje. De torens werden gebouwd om de kustplaatsen te beschermen tegen de aanvallen van Noord-Afrikaanse piraten. Ze communiceerden onderling en werden constant bemand door één of twee wachters die, in geval van nood, de streek waarschuwden zodat de bewoners zichzelf in veiligheid konden brengen.

vrijdag 9 augustus 2013

Eekhoorn met vreselijke dorst

Het heeft alweer maanden niet geregend aan de Costa-Blanca en volgens de meteorologische dienst is er voorlopig ook geen regen onderweg. Een sproei-installatie in mijn tuin is helaas geen optie. Het urendurende karweitje om de tuin met de hand te besproeien is weer aangebroken. In de - om de planten uitgegraven - rondjes spuit ik het water en om het stof eraf te spoelen sproei ik er een paar keer overheen.  


Ik heb net de slang weer opgerold als Phien zegt: er zit een eekhoorntje in de tuin. Een eekhoorntje in de tuin, zij wel! We hebben hier nog nooit een eekhoorn gezien, en trouwens wie is de natuurvorser binnen de familie? Ik zie dan ook helemaal geen eekhoorn, zelfs niet als ik het stukje van de tuin in loop waar ze hem gezien heeft. Ik ben net mijn bezwete voorhoofd aan het afwissen als Phien komt zeggen dat hij er toch echt zit. Kijk maar door het badkamerraampje zegt ze, dan zie je hem. En inderdaad de zelfbenoemde natuurvorser is in gebreke gebleven, er zit een schattig eekhoorntje in de tuin. Vlug mijn camera! Maar het valt niet mee om er een foto van te maken want voor het raampje zitten rejas (tralies) en de eekhoorn zit niet direct voor het raampje maar opzij ervan. Ook staan er twee teckels rond mijn benen te piepen want die willen altijd overal bij zijn. Het is bloedheet in het badkamertje omdat de lage avondzon pal op het raam staat. Ik krijg het er Spaans benauwd van, vertwijfeld druk ik dan ook mijn camera tegen de rejas. Dit lukt nooit!    


Maar kijk, ondanks alle ongemakken lukt het toch om de eekhoorn in beeld te krijgen. Wat een leuk beestje!


Maar wat doet hij nu? Hij gaat toch niet aan de plantjes lopen vreten mag ik hopen.


Ach, nee! Hij heeft dorst, hij likt de planten af die zojuist besproeid zijn. Knap van dat diertje, hoe wist hij dat de tuin was nat gespoten? Zou hij in het aangrenzende stukje bos op de uitkijk hebben gezeten?

Ondanks dat mijn imago een forse deuk heeft opgelopen en beter naar Phien moet luisteren, toch wel leuk zijn tuinsafari.

Sciurus vulgaris habitat

De Rode eekhoorn (Sciurus vulgaris komt voor van Europa tot Noordoost-China. Hij komt niet voor in een gedeelte van Zuid-Spanje en enkele Mediterrane eilanden. Op de Britse Eilanden en in Noord-Italië wordt hij langzaam maar zeker verdrongen door de grotere, zwaardere grijze eekhoorn.

dinsdag 14 augustus 2012

Libellentijd


Ben vandaag
weer eens naar de Marjal de Pego-Oliva geweest en dat viel niet mee. Warm, warm en nog eens warm. Nee, ik moet eigenlijk zeggen heet, heet en nog eens heet. De meeste vogels zijn waarschijnlijk vanwege de hitte al dood van het dak gevallen want ik zag er erg weinig. Behalve een uitermate actieve libellenjager maar daar kom ik in mijn volgende posting op terug. Insecten waren er ook niet veel te zien – planten en bloemen verdroogt – en ik ben niet één vlinder tegengekomen. Jammer dat er aan de Costa-Blanca geen vlindertuin is, ik zou er tenminste geen weten.

Muggen (Nematocera)
zijn er niet te bekennen en het viel me vandaag in de Marjal op dat je ook haast geen zwaluwen ziet. Misschien zijn er in dit uitermate droge jaar onvoldoende insecten voor die luchtacrobaten. 


Libellen (Odonata)
daar waren er honderden van in alle soorten en maten en in diverse kleuren. Moet nog in mijn boekje nakijken welke soorten ik gezien heb maar het is nu om 01:30 in de nacht binnen nog steeds rond de 30 graden. Met de deuren en ramen tegen elkaar open en de ventilator aan. Geen ideale temperatuur om binnen in een boekje te gaan neuzen en ook een beetje laat trouwens.

zaterdag 21 januari 2012

Het is maar wat je lekker vind


Mijn keus zou het niet zijn, maar deze Hop (Upupa epops) is geweldig in zijn hopjes met een heerlijke larve. Gelukkig komen deze prachtige vogels nog voor aan de Spaanse Costa-Blanca. Wat op zich vreemd is, want ze zijn gek op mest en composthopen en die zijn met de bouw van de duizenden villa’s en appartementen grotendeels verdwenen. Hij staat als verdwenen op de Nederlandse en Vlaamse rode lijst. Internationaal is het geen bedreigde soort, en staat dan ook als niet bedreigd op de internationale IUCN-lijst. 

donderdag 22 december 2011

Costa-Blanca, warme winter tot nu toe


Een heel enkele keer ziet de Costa-Blanca er in de winter uit zoals op de bovenste foto en doet ze haar naam eer aan. Maar tot nu toe is daar nog geen sprake van.
 
Ongemerkt werd het woensdag aan het strand van Moraira boven de 20 graden Celsius. Niet bevorderlijk voor de kerstsfeer maar weldadig voor oude botten.

zondag 4 december 2011

Rommelmarkt valt in het water


De wekelijkse rommelmarkt (Rastro) die iedere zaterdag in Jalón wordt gehouden, is gisteren in het water gevallen. Normaal is het op zaterdag, langs de oevers van de vrijwel droge rivier, een drukte van belang. Nu was er geen mens te bekennen en het enige wat aan de rommelmarkt deed denken waren de restanten van een kraampje in het water.

Ook bij Jávea was de rivier onstuimig, ik durfde hem in ieder geval niet over te steken want er was niet goed te zien of de weg er nog lag. En sinds die tsunami-beelden van drijvende auto’s, ben ik een stuk voorzichtiger geworden. Er is de laatste tijd heel wat water gevallen aan de Costa-Blanca en daardoor is er veel ontregeld. Het internet (bovengrondse kabels) is zo traag geworden dat het wel lijkt of het op stoom loopt. In ieder geval komt er stoom uit mijn oren want het is een crime om te uploaden.

woensdag 2 november 2011

Moraira, stilte voor de storm?

Het was vandaag rustig maar zwaar bewolkt weer in Moraira. Volgens MeteoConsult is er echter opnieuw slecht weer op komst met regen, wind en onweer en zal het pas zondag weer wat opklaren. Kortom het is herfst, hoewel het nog steeds niet koud is.  Neerslagradar Moraira

Van mij mag het, want al zijn er dan niet veel loofbomen in herfsttooi aan de Costa-Blanca. Je komt de herfstkleuren ook tegen in de wijngaarden en de wolken en het licht is nu prachtig.
Het gekke is dat, nu het sinds een aantal dagen ander weer is, die ellenlange warme zomer al heel ver weg lijkt.

donderdag 20 oktober 2011

De wintervogels zijn er weer

Vanaf het begin van deze week 
zie ik ze weer in de tuin. De Zwarte roodstaart, Kleine zwartkop, Koolmees en de Roodborst. En vanaf het begin van deze week zijn ook de dertigers verdwenen en zitten we nu rond de 25 graden Celsius, maar met beduidend meer wind en koudere nachten. Deze morgen hangen er zelfs wolken boven de Middellandse Zee en om 09:00 uur is de buitentemperatuur 21 graden Celsius. 

Als die vogels 
weer in de tuin komen betekent dit meestal dat het op korte termijn kouder gaat worden. Dat hoeft niet speciaal aan de kust te zijn maar in ieder geval in het binnenland. Als de temperatuur oploopt zijn ze vaak weer verdwenen en komen dan terug als de temperatuur weer daalt. De Zwarte roodstaarten die mijn tuin bezoeken waren altijd vrouwtjes dacht ik, maar het blijkt dat de mannetjes in het voorjaar van het tweede kalenderjaar er net zo uit kunnen zien als de vrouwtjes. In ieder geval heb ik nog nooit een mannetje Zwarte roodstaart in mijn tuin gezien die er net zo uit zag als de vogel die ik in het binnenland fotografeerde, het waren altijd grijsbruine exemplaren.
De Kleine zwartkop 
blijft in het voorjaar vaak hangen en maakt dan een nestje in de heg. Zodra de jongen zijn uitgevlogen zijn ze verdwenen. Het is een leuk - zeer actief - vogeltje die werkelijk de hele tuin doorzoekt naar insecten. Een enkele keer - als er voldoende insecten zijn - komt de Kleine zwartkop ook in de zomer. De takken die ik snoei worden gehakseld en dat strooi ik onder de planten, daar komen insecten op af. Het drong vroeger nooit tot me door dat aardewerk ook echt van aarde is gemaakt. In de zomer is de Spaanse rode aarde in mijn tuin - door de zon - dan ook echt gebakken aardewerk, kei en keihard. Met dat strooisel houdt de grond meer vocht vast en droogt ze niet zo uit. Op een gegeven moment verteert dat strooisel ook en is het een laagje bladaarde geworden.
De Koolmees
is in de zomer bij mij in de tuin niet te zien en in de winter maar een enkele keer. Maar in het voorjaar maken ze altijd een nest in de Spaanse kruiken die ik heb opgehangen. Op de dag dat de jongen uitvliegen zijn ze verdwenen en ook in de buurt zie ik ze dan niet meer. Slechts een paar kilometer het binnenland in en daar zie je ze wel het hele jaar.


In de zomer 
zie je ze hier aan de kust nooit en in de winter vliegen ze met het weer mee. Een paar dagen frisjes, Roodborst in de tuin. Beetje warmer, weg Roodborst. Roodborsten hebben in de winter een eigen foerageerterritorium dat zij verdedigen tegen rivalen van beide geslachten. Hoe ze dat doen als ze steeds met het weer meevliegen, is mij een raadsel.

maandag 6 juni 2011

Sprinkhaan

Door het ongekend natte voorjaar aan de Costa-Blanca is er dubbel zoveel werk in de tuin. Normaal is het nu warm en droog maar dit jaar is het vaak bewolkt en valt er regelmatig regen. Door al dat water blijven de planten maar doorgroeien en moet er regelmatig gesnoeid worden.


Afgelopen Zaterdag heb ik een palmboompje afgezaagd en vandaag wilde ik de bladeren opruimen. De kern van het palmboompje was, ondanks dat hij een heel eind was afgezaagd, toch nog doorgegroeid. 


Een Sprinkhaan vond het waarschijnlijk een lekkernij want hij zat er heerlijk aan te knagen. Even stond ik in dubio om de Sprinkhaan snel in mijn mond te stoppen want ze schijnen een delicatesse te zijn, maar ik ben eigenlijk toch meer voor de patat met mayonaise.


Als zo’n Sprinkhaan lekker zit te smikkelen blijft hij rustig zitten als je hem wilt fotograferen maar je kunt aan hem merken dat hij je wel blijft volgen. Al is de lichaamstaal van insecten moeilijk te begrijpen. Zo lag er vorige week al dagen een grote Meikever doodstil en met zijn pootjes omhoog op het terras, hij lag in de schaduw en in de regen en de teckels snuffelden eraan. Iedere keer wou ik het diertje opruimen, maar het kwam er niet van. Ik verbaasde me er wel over dat er geen mieren op het dode insect afkwamen. Gisteren vielen er zonnestralen op het plekje waar hij lag en ik zag in mijn ooghoek dat hij begon te bewegen. Ik heb hem opgepakt en op de vensterbak gezet, ben naar binnengelopen om mijn camera te pakken en weer naar buiten gegaan om hem te fotograferen en weg… Meikever. Ben voor de rest van de dag aan de drank gegaan want een fotograaf die nog niet snel genoeg is om een half dode Meikever te fotograferen, is geen fotograaf.

woensdag 18 mei 2011

Cruiseschip


Werd er van de week een cruiseschip, dat met motorpech op de Oostzee dreef, naar een haven in Zweden gesleept. Op de Middellandse zee, voor de kust van de Costa-Blanca, komen ze zonder sleepboot voorbij. 

woensdag 11 mei 2011

Van de Costa Blanca naar Nederland I – Alicante, Valencia, Castellón, Teruel

Calpe met het symbool van de Costa-Blanca de “Peñon de Ifach”

Als ik er aan denk dat ik vroeger vrijwel maandelijks, in één ruk, van Nederland naar de Costa-Blanca reed en terug naar Nederland hetzelfde deed. Ik heel trots was op mijn reistijd record van 19 uur en een beetje, verklaar ik mezelf nu als volkomen geschift. Oké, het verkeer was toen nog niet zo druk als nu en ook de snelheidscontroles waren minimaal maar toch. Ik reed toen altijd via Luxemburg naar de Costa-Blanca v.v., en maakte gebruik van de tolwegen in Frankrijk en Spanje.
Het eerste Valenciaanse gewest wat je passeert op weg naar het noorden is de “Safor”


Tegenwoordig vermijd ik tolwegen en kost het me al moeite om 400 kilometer per dag te halen, maar ik moet er wel bij vertellen dat ik veel omrij en de teller op het einde van de dag geen 400 maar 600 kilometer aangeeft terwijl ik toch maar 400 kilometer ben opgeschoten. Een beetje zoals een hond die 2 keer zoveel loopt over dezelfde afstand als zijn baas. En ik probeer zoveel mogelijk de grote steden te vermijden, iets wat helaas niet altijd lukt.
Zuidelijk van Valencia ligt het natuurpark “L’Albufera”

Vanaf de Costa-Blanca kun je vrijwel niet om de stad Valencia heen, hoewel je er via de vrij drukke rondweg wel in een grote boog omheen rijdt, merk je uiteraard de aanwezigheid van de op twee na grootste stad van Spanje. In de agglomeratie van de stad wonen ongeveer twee miljoen mensen. Dat is haast twee keer zoveel als die van de agglomeratie van Amsterdam.


Bij Sagunto rijd ik de autovía de Mudéjar op, deze autovía brengt je, via Teruel, Zaragoza en Huesca naar de voet van de Pyreneeën. Het duurt niet lang voordat ik de eerste dorpjes van de provincie Castellón passeer. Het verschil met de kust en de stad Valencia is al duidelijk te merken
Een klein uurtje later zie ik links van mij de stad Teruel liggen. Behalve dat het daar in de winter behoorlijk koud kan zijn, is de stad bekend van het praalgraf van de twee middeleeuwse geliefden Diego Marcilla en Isabel Seguras. Beiden stierven van smart en liefdesverdriet nadat Isabel gedwongen werd om met een ander te trouwen. In 1555 werden de twee mummies van beide lichamen gevonden in de kapel San Cosme en San Damián, tevens vond men een document waarin het verhaal stond van wat er gebeurd was met de twee geliefden.
De mummies van beide geliefden zijn nu te bewonderen in een nieuw gebouwde kapel waarbij het mausoleum gevormd wordt door twee liggende beelden van de twee Amantes met daaronder de mummies.
Hun trieste verhaal is hoogstwaarschijnlijk de inspiratiebron is geweest voor Shakespeare's Romeo en Julia.


(Wordt Vervolgd)

zondag 10 april 2011

Laguna de Gallocanta

Op een kleine 4 uur rijden van de Costa-Blanca ligt op een hoogte van 1.000 meter boven de zeespiegel - voor mij - één van de mooiste plekjes van Aragón, de “Laguna de Gallocanta”.


De lagune ligt gedeeltelijk in de provincies Zaragoza en Teruel. Ze heeft een oppervlakte van 14,4 km², met een maximale breedte van 2.8 km en is 7,7 km lang.



De diepte van het water is afhankelijk van de droge en natte periodes, het meer kan in tijden van extreme droogte voor een groot gedeelte droog vallen maar meestal staat er zo’n 45-50 cm water. Bij hevige regenval kan dit oplopen tot rond de twee meter.

 
Het gebied heeft een continentaal mediterraan klimaat met zeer sterke temperatuur-schommelingen. Zelf heb ik meegemaakt dat, op weg naar Nederland, het er eind april nog behoorlijk sneeuwde. Toen ik er 14 dagen later, op de terugweg, weer langs kwam was het boven de 30º Celsius. De niet ver van het meer gelegen plaats "Calamocha" heeft in de winter regelmatig het Spaanse nationale kouderecord met temperaturen tot 25º Celsius onder nul.


In het, aan het meer gelegen, plaatsje Gallocanta zijn resten gevonden uit de Keltische, Romeinse en Moorse tijd. Vanwege het toegenomen zoutgehalte, is er in het meer geen vis meer aanwezig. Wel zijn er reptielen en amfibieën in de beken en vijvers en zijn er diverse zoogdieren in de bergen en de omliggende heuvels.


En vogels, heel veel vogels zie je in en rond het meer. Duizenden eenden, ooievaars en kraanvogels komen hier langs tijdens de vogeltrek, overwinteren er, of zijn er het hele jaar aanwezig. Ook de blauwe en bruine kiekendief zie je langs het meer en in de omringende bergen zitten gieren en andere roofvogels. Zonder overdrijving kan ik stellen dat dit gebied, tezamen met Extremadura, één van de beste vogelgebieden van Spanje is. En nergens een B&B of camping te bekennen.


Meer foto’s van de Laguna de Gallocanta? Klik hier.

woensdag 23 maart 2011

Paddentrek

Begin februari hadden we aan de Costa Blanca de paddentrek. Later dan normaal maar dat kwam mede doordat het deze winter laat begon te regenen en de padden (Bufo bufo) hebben de juiste combinatie van temperatuur en luchtvochtigheid nodig om zich te verplaatsen.

In het zuiden van Europa komt de ondersoort Bufo bufo spinosus voor, waarvan de mannetjes tot 10 cm lang worden en de vrouwtjes een lengte van 15 cm kunnen bereiken. Hiermee is de gewone pad de grootste kikker in Europa. De padden trekken van de plek waar ze overwinteren naar een plaats waar ze met elkaar kunnen paren. Dat kan een sloot, een ven of een vijver zijn. In ieder geval stilstaand water, liefst waar ze zelf geboren zijn. Zo gauw het paren is afgelopen trekken de padden weer van de paarplaats weg.

Van de vijver in mijn tuin maken ze al jaren gebruik als paarplaats, het ene jaar zijn het er veel en het andere jaar zie je er maar een paar. Dit jaar waren er erg veel, waarschijnlijk kwam dat door de huidige droogte in onze streek. In de vijver staat natuurlijk altijd water en poeltjes met regenwater waren deze winter in de vrije natuur nauwelijks of te laat voorhanden.

De hitsige mannetjespadden grijpen een vrouwtje en houden haar met man en macht vast. Met geen mogelijkheid is de pad van zijn ‘slachtoffer’ af te krijgen. Totdat de vrouwtjespad zich in de aanwezigheid van andere potentiële partners begint op te blazen. De man op haar rug verliest langzaam zijn grip en kan er nu makkelijk door omstanders ‘afgetrapt’ worden. Het is een ware paddenrodeo: om de beurt klimmen de padden op de rug van het vrouwtje, om er even later weer afgegooid te worden. De sterkste mannetjespad wint en mag de eitjes van het vrouwtje bevruchten.

Mannetjespadden bespringen zo ongeveer alles: schoenen, handen, en dus ook dooie vrouwtjespadden.

Ik wilde nog wat foto’s maken van het resultaat, de honderden paddenvisjes, maar juist vandaag regent en stormt het en is de vijver te donker om er foto’s van te maken.

zaterdag 5 februari 2011

Amandelbloesem - Flor de Almendro


Als de amandelbomen zoals nu bloeien, is de Middellandse Zeekust bedekt met een witroze sluier. De witbloeiende amandelbomen dragen zoete amandelen en de roze bloeiende bittere amandelen.



De amandelboom is een sterke boom met een lange levensduur, die elk jaar bloeit. De Romein Columcla zei dat deze boom niets anders dan harde, droge aarde behoeft. In de Comunidad-Valenciana kweekt men de amandelen inderdaad op zo'n karige bodem. Anders dan de sinaasappelboom, die geregeld besproeid moet worden, is de amandelboom met weinig tevreden. Zijn wortels gaan diep de grond in en halen daaruit het benodigde vocht.



Een amandelboom kan het best opgekweekt worden uit een bittere amandel. jonge bomen hebben een gladde lichtbruine stam, die in de loop der jaren donker en gegroefd wordt. Om nieuwe soorten te ontwikkelen en ten behoeve van een betere kwaliteit veredelt men de bomen. Als onderstam gebruikt men meestal een wilde amandel, maar soms ook een perzik of een abrikoos.


Uit archeologische vondsten blijkt dat de amandel al in het Stenen Tijdperk in Klein-Azië en Griekenland een rol heeft gespeeld. Ook tijdens het Bronzen Tijdperk werd de amandel gecultiveerd, waarschijnlijk is zij één van de oudste cultuurvruchten.


De staf van Aäron, hogepriester van de Israëlieten tijdens hun tocht door de woestijn, was volgens de overlevering van amandelhout: de staf die uitbotte en vervolgens bloemen is gaan dragen. Deze werd later de staf van de Paus van Rome. De amandelboom is voorts het symbool van ouderdom en wit haar (levenservaring en wijsheid).



Volgens de Griekse mythologie stierf de Thracische prinses Phyllis omdat haar geliefde Demophon niet terugkwam uit de Trojaanse oorlog. Zij dacht dat hij gesneuveld was. De goden veranderden haar dode lichaam in een amandelboom. Toen haar geliefde toch terugkwam, omarmde hij met gebroken hart de amandelboom die daarop tot bloei kwam. Zo staat de amandelboom voor de eeuwige liefde die immuun is voor de dood.

De Feniciers dreven handel met amandelen die gewijd waren aan de godin Amygdale. De amandel speelde ook een belangrijke rol tijdens de rituele feesten van de Frygische moeder- en liefdesgodin Kybele.



De Romeinen cultiveerden en veredelden amandelbomen al in de 4e eeuw v.Chr. Zij noemden de amandel Griekse noot (nux graeca).


Middeleeuwers koppelden de amandel vooral aan de geboorte van Jezus en daarmee aan de reinheid van Maria. Ook Jozef draagt op afbeeldingen nog wel eens een bloeiende amandelstaf. En de ‘mandorla’, een amandelvormig aureool om Maria, Christus of een aartsengel, is afgeleid van het Italiaanse woord voor de vrucht.


Als we weer terugkomen bij het hedendaagse, dan vinden we de producten van de amandelboom terug in de keuken. Zoete amandelen vormen het belangrijkste bestanddeel van marsepein en vinden we tevens terug in desserts. Als u de vruchten rijp verzamelt, dan zijn ze aromatisch. De vruchten zijn ook rijk aan eiwitten en olie.


Amandelen, maar ook het hout en de bladeren van de boom, worden allen gebruikt in voorspoed – en geldbezweringen. Aanvullend is in een amandelboom klimmen bevorderlijk voor succes in zakendoen.



Het eten van amandelen zal helpen om koorts te bestrijden en wijsheid schenken. Het eten van vijf amandelen voor dat men gaat drinken voorkomt een kater. Tenslotte, een paar amandelen in je zak, zullen je naar schatten leiden. Zo ben ik bijvoorbeeld, met een paar amandelen in mijn zakdoek geknoopt, aan Phien met haar prachtige amandelvormige ogen gekomen. Maar dat is een ander soort schat.
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...