Posts tonen met het label Steltkluut. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Steltkluut. Alle posts tonen

maandag 11 juni 2012

Een dagje naar de Marjal


Als ik zaterdagmorgen naar buiten loop 

zie ik dat het een beetje bewolkt is, ideaal om weer eens naar de Marjal de Pego-Oliva te gaan want daar ben ik al geruime tijd niet geweest. Nu ligt de Marjal de Pego-Oliva op slechts 35 kilometer van mijn huis maar door de invloed van de bergen ziet het weer er daar soms heel anders uit dan waar ik woon en dat is ook nu het geval. Er is volop zon in de Marjal met alleen boven de bergen wat wolken. Maar gelukkig komt er in de loop van de dag wat sluierbewolking opzetten die het keiharde zonlicht wat zachter maakt. 


De rijstplanten staan al behoorlijk hoog in de Marjal

en er is ook voldoende water. De eerste vogel die ik kan fotograferen is een Zwarte Ibis (Plegadis falcinellus), een vogel die ik nooit eerder in de Marjal ben tegengekomen. Normaal zie je de Zwarte Ibis met meerdere soortgenoten maar deze is alleen en blijft constant op vrijwel dezelfde plek foerageren.


Her en der liggen er in de rijstvelden nesten 

van Steltkluten (Himantopus himantopus), van alle aanwezige vogels maken zij de meeste herrie. Ze bewaken hun nesten goed en gaan onder luid gekrijs onmiddellijk op de wieken als ze een indringer menen te zien. De Kluut (Recurvirostra avosetta), een lid van dezelfde familie, heb ik ook nog nooit in de Marjal gezien. Maar misschien komt dat omdat ze meer van brak en zout water houden.


Ook zie ik deze keer geen enkele roofvogel

en ook van de Blauwe reiger (Ardea cinerea) zie ik maar enkele exemplaren, terwijl het er in de winter vol mee zit. Van de Kleine zilverreigers (Egretta garzetta) zitten er tientallen en er vliegt zelfs een Woudaap (Ixobrychus minutus) over.


De Purperreiger (Ardea purpurea)

is wel goed vertegenwoordigd in de Marjal, ik tel vele exemplaren van deze zomergast. Op het aangeslibde wier in de vaarten zitten ook heel wat jonge Iberische kwikstaarten (Motacilla flava iberiae), ze rennen vliegensvlug achter allerlei insecten aan en hoewel ze nog jong zijn doen ze dat niet om mee te spelen. Één van de kwikstaarten heeft een nylondraad uit zijn snavel hangen met waarschijnlijk een ingeslikt vishaakje. Helaas zie ik regelmatig vogels die haken hebben ingeslikt of verstrikt zitten in netten of visgerei, vooral aalscholvers zijn vaak het slachtoffer. 


Tegen de tijd dat ik naar huis ga

zie ik nog een Steenuiltje (Athene noctua) op het dak van een oude schapenkraal zitten, hij doet net of hij me niet ziet maar heeft me wel degelijk in de gaten. 


Als ik binnendoor terug naar huis rij

zie ik langs de rivier bij Jávea een vogel - ongeveer zo groot als een Kauw - op een elektriciteitkabel zitten. Ik stop om eens goed te kijken en het blijkt een heuse Scharrelaar (Coracias garrulus) te zijn. Één van de kleurrijkste vogels die we in Europa hebben. In augustus of september vertrekt hij al weer naar tropisch Afrika om in april of mei weer terug te keren naar zijn broedgebied. 


Het was een fijn dagje

met heel wat verschillende soorten. Vooral met de Scharrelaar ben ik blij want je komt ze haast niet meer tegen. In Nederland zijn er tussen 1800 en 1996 slechts 62 bevestigde waarnemingen van de Scharrelaar gedaan.

dinsdag 3 april 2012

Het is Lente


Je kunt er niet omheen het is nu echt lente. Overal hoor je de vogels zingen en je ziet ze gymnastische oefeningen maken, die je de rest van het jaar niet ziet. De Turkse tortel (Streptopelia decaocto) gedragen zich werkelijk als tortelduifjes, ze zitten de hele dag te kokkelen op de antenne van de buren. Anders dan de meeste vogels broedt de Turkse tortel het hele jaar door. Een legsel bestaat uit 2 eieren die in 14 tot 18 dagen worden uitgebroed. Het broedsel mislukt regelmatig, maar door steeds weer opnieuw een nest te maken lukt het de meeste Turkse tortels om zo nu en dan een paar jongen vliegvlug te krijgen.


De gewone Flamingo (Phoenicopterus roseus) die in Spanje voorkomt en in het Spaans de 'Flamenco común' heet. Heeft een uitgebreide paringsdans, maar dat lijkt in niets op de Spaanse flamencodans zoals wij die kennen, ze klappen niet in hun poten en gebruiken ook geen castinettes. De paringsdans van de Flamingo's wordt met de hele groep tegelijk uitgevoerd door te marcheren, de koppen te wiegen en te draaien. Sommige jaren broeden ze niet, maar in topjaren produceren ze duizenden jongen.


De Kleine plevier (Charadrius dubius) is een echte pioniersoort. Dat wil zeggen dat hij op plekken broedt die tijdelijk geschikt zijn om te broeden (afgravingen, bouwplaatsen, opspuitingen, grindgaten) en een jaar later weer verkast omdat de omstandigheden op de oude broedplaats zo veranderd zijn dat ze er niet meer willen broeden. Het nest bestaat uit een onopvallend kuiltje tussen kiezels, waarin ongeveer vier eieren gelegd worden. De eieren zelf lijken sterk op de kiezels, waardoor het nest meestal moeilijk te ontdekken is.


De Scholekster (Haematopus ostralegus) zie je niet zo vaak langs de Middellandse zeekust. De scholekster legt meestal drie, soms vier eieren in een nest gemaakt in een ondiep kuiltje. Meestal broedt de scholekster op grasland, maar ook op bouwland worden wel nesten aangetroffen. Ze maken ook nesten op platte, met grind bedekte daken van grotere gebouwen. De eieren komen uit na 25 à 27 dagen broeden. 


De Steltkluut (Himantopus himantopus) zie je tijdens het voorjaar en de zomer volop in Spanje. De Steltkluut broedt graag in rijstvelden, heeft één legsel per jaar van meestal 4 eieren. Heel apart is dat de ogen van de Steltkluut oplichten tijdens de paring.

Over een paar maanden kunnen we zien wat ze er dit voorjaar van gebakken hebben, ze doen in ieder geval hun best. Verstoor daarom geen nesten en laat, s'il vous plaît, tijdens de broedperiode de hond aan de lijn. 




maandag 11 oktober 2010

Las Salinas de Calpe

Zoutwinning
Tussen de appartementen en langs een drukke weg, ligt de oude zoutmijn van Calpe. Nog niet zo heel lang geleden werd hier zout gewonnen, wat o.a. zijn weg vond naar Noordwest-Europa.

Natuurgebied
Dat de Salinas van Calpe er nog steeds liggen mag een wonder heten want de bebouwing en infrastructuur zijn steeds dichter bij het zoutmeer gekomen, langs de ene kant appartementen en langs de andere kant villa’s en chalets. Het is aangemerkt als natuurgebied maar het onderhoud en de bescherming gaan niet van harte. Zo wordt het water, middels een verbinding met de zee, vaak onvoldoende ververst. Al vaak zijn er stemmen opgegaan om het te dempen en ook vol te plempen met allerhande constructies, maar door de huidige crisis in de bouw is daar momenteel gelukkig geen interesse voor.

Randbebouwing
Ondanks de dichte randbebouwing, het lawaai van het verkeer, de loslopende honden en katten, de straatlantaarns en de autolampen komen er nog steeds flamingo’s naar het zoutmeer. Als je s`morgens niet al te laat bent, foerageren ze meestal dicht bij de weg en kun je ze makkelijk fotograferen.

Flamingosoort
In de loop van de ochtend trekken ze naar een hoek van de salina waar het rustiger is en waar vrijwel geen mensen komen. De flamingosoort die je hier aantreft is de Gewone of Europese flamingo (Phoenicopterus roseus) welke voorkomt in het Middellandse Zeegebied, West-Azië en Afrika. Flamingo's hebben een lengte van 140 tot 175 centimeter, inclusief kop en de nek. Zoals bij veel andere dieren, zijn de mannetjes groter dan de vrouwtjes. De ogen zijn klein en hebben een lichtgele kleur.


Opgetrokken poot
Flamingo's staan vaak met één opgetrokken poot in het water. De reden waarom flamingo's vaak op één poot staan zou thermoregulatie zijn. Met één poot in het water koelen ze hun lichaam af, maar met twee poten in het water zouden ze te veel lichaamswarmte verliezen en met twee opgetrokken poten vallen ze, volgens mij, om.

Naast de flamingo’s zitten er ook verschillende soorten meeuwen op de salinas waaronder de zeldzame Audouins meeuw (Ichthyaetus audouinii).

Soms zie je er de Strandplevier (Charadrius alexandrinus)
En ik heb zelfs Steltkluten (Himantopus himantopus) gezien die er jongen groot brachten.
Wonder der natuur
Iedere keer als ik langs de salinas van Calpe kom, en ik zie die vogels midden tussen de bebouwing en drukte, vind ik het een wonder der natuur dat die dieren zich hier handhaven en er zelfs nog jongen groot brengen.

maandag 22 maart 2010

Steltkluut - Black-winged Stilt

Je kunt hem weer op de wetlands van Zuid-Europa aantreffen terug uit Midden-Afrika, de Steltkluut (Himantopus himantopus).
 
De steltkluut pikt insecten van het wateroppervlak van zoet en brak water. Hij kan tot aan zijn buik wadend op plaatsen komen die voor andere steltlopers onbereikbaar zijn. In kleine kolonies bouwt de steltkluut een nest van plantenresten, meestal op een verhoging. Nadat de eieren zijn uitgekomen, verlaten de jongen meteen het nest en zoeken al direct zelfstandig voedsel.

De Steltkluut heeft van alle vogels de langste poten in verhouding tot zijn lichaamsgrootte, ze vormen ongeveer 60 procent van zijn totale lengte.
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...